Bron : Stem van Dordt / Fred van Dongen

Wesley Loos : Om kampioen te worden moet je een allround team zijn

Derdeklasser DFC slaagde er zaterdag niet in zich als poulewinnaar te kwalificeren voor de eerste hoofdronde van het toernooi om de KNVB-beker. De enig overgebleven concurrent, Alblasserdam, won in Dordrecht met 0-1. DFC zou bij een gelijkspel poulewinnaar zijn geworden maar kan zich nu volledig richten op de competitie die komende zaterdag begint met een uitduel tegen DHV.

Een succesje kan DFC wel gebruiken na een uiterst moeizaam voetbalseizoen. Door het inzetten van geroutineerde oud-gedienden wist de club met een fraaie slotreeks vol zeges vorig seizoen aan degradatie te ontsnappen. In de nieuwe jaargang wil de ploeg meestrijden om de prijzen. De Stem van Dordt besprak de kansen met Wesley Loos (30) die terugkeerde op het oude, vertrouwde roodwitte nest maar vanwege een spierblessure tegen Alblasserdam nog aan de kant moest blijven.

Wesley Loos geeft toe dat hij niet zonder dat typische voetbal-gevoel kan leven. “Na het afgelopen seizoen bij het tweede elftal van EBOH begon het weer te kriebelen, we zijn met dat team na een lange weg gepromoveerd! De sfeer, de spanning, het uitkijken en toeleven naar een wedstrijd had ik lang niet meer gevoeld. Ik had in een korte periode de keuze gemaakt tussen het uitdagen van mezelf en te kijken hoe fit ik nog kan worden na anderhalf, twee jaar op een laag pitje gevoetbald te hebben. Of mijn “voetbalcarrière” af te sluiten in een tweede elftal waar ik tevens ook met heel veel plezier speel. Mede door mijn teamgenoten vond ik het plezier terug en dus ook de behoefte om te presteren”, licht Wesley zijn bijzondere innerlijke tweestrijd toe

De man die begon bij het ter ziele gegane Nosvri en daarna met de nodige successen het shirt aantrok van DFC, FC Dordrecht, EBOH zondag en Nieuw-Lekkerland, keerde in de zomer terug bij ‘Dordts oudste’. DFC hoopt na een moeizaam jaar met Wesley’s routine weer eens top te kunnen draaien.

“Als je naar EBOH 1 kijkt zijn er veel goede spelers. Ik zag in het afgelopen seizoen dat er vastgehouden werd aan bepaalde spelers en minder ruimte is voor andere. Wat ik ook kan begrijpen. Nu EBOH naar de tweede klasse is gepromoveerd, zou de weg die ik moet afleggen om aansluiting te vinden bij de selectie veel langer zijn. DFC is de tweede club waar ik gevoetbald heb en waar ik de basis heb gelegd voor mijn verdere loopbaan. .Ik ging er van uit dat als ik ergens in het eerste elftal zou kunnen spelen het DFC moest zijn. Voor mij voelt die club als een warm bad”, licht Wesley zijn overstap toe. “En ondanks dat het jaren geleden is dat ik hier heb gespeeld en er veel nieuwe gezichten binnen de vereniging zijn word ik fijn ontvangen door de clubleden. Toen ik de keuze had gemaakt om de overstap te wagen wilde ik geen gesprek aangaan met de huidige trainer, Danny Slegers. Maar toen mijn oude teamgenoten zeiden dat er 15 nieuwe spelers bij zouden komen ben ik toch maar een gesprek aangegaan. Het kwam er op neer dat de concurrentie groot werd, hij mij enkele minuten had zien spelen en geen lopende middenvelder ben waar hij wel van houdt. Ik wist zo waar ik aan begon en wat ik moest doen om bij de selectie aan te haken. Dus ben ik keihard gaan trainen in de zomervakantie.”

Wesley kwam in die periode tot de slotsom ‘dat er genoeg kwaliteit in de groep zit’. “Maar”, voegt hij er aan toe “het valt of staat met de ontwikkeling die de spelers en de groep doorlopen en ook of je binnen de visie van de trainer past. Ik merk dat wij nu nog steeds zoekende zijn en dat er nog veel nodig is om een vaste formatie en speelwijze te hanteren. Binnen de club hoor ik redelijk veel positieve geluiden, het is aan de groep om dit om te zetten in aantrekkelijk voetbal.”

Hoe hoog ligt de ambitielat bij DFC? “De afdeling is bij een ieder binnen de club onbekend en schijnt minder zwaar te zijn dan de competitie waar DFC vorig jaar in zat. Ik verwacht heel wat fysieke ploegen en daar kunnen wij het nog moeilijk mee krijgen. Wij zullen ons eerst moeten focussen op onze eigen selectie en speelwijze voordat we gaan kijken wat de ambities zijn. Voor mijn gevoel krijgt dat steeds meer vorm en is de wil binnen de groep aanwezig. Maar we moeten ons blijven uitdagen om zowel tactisch als voetbaltechnisch beter te worden. Ik verwacht dat wij het de eerste periode heel erg zwaar krijgen maar we daarna wel onze draai vinden. Mijn ambitie is om de nacompetitie te halen”.

Gokkie, jullie gaan strijden om het kampioenschap dan wel om de promotie-nacompetitie. Wesley Loos met al zijn ervaring: “Ik denk dat iedereen voor het hoogst haalbare wilt gaan, dat is in mijn beleving het kampioenschap. Maar om kampioen te worden moet je een allround team zijn. In mijn beleving zijn wij dat nog niet! Voetballend doen we het met vlagen leuk, maar kansen creëren en afmaken daar schort het aan. Ook zullen wij een plan-B moeten hebben en dat integreren op de momenten dat het voetballend niet wilt lukken.”